Belang van Sport en bewegen voor ouderen door de bril van een coördinator MBvO groepen

De maatschappelijke meerwaarde van bewegen voor senioren moet veel duidelijker worden.

Marnik is coördinator van de MBvO groepen in Sittard, Geleen, Born en Stein vanuit Ecsplore. In deze regio gaat het dan om 92 MBvO groepen onder begeleiding van 28 docenten. Momenteel hebben ze zo’n 1550 ingeschreven leden. Daarnaast is hij actief voor healthyLIFE en op het gebied van sportstimulering voor de 50-plusser in dezelfde gemeenten.

De gemeente investeert in coördinerende taken

”Bij ons is het zo georganiseerd dat de gemeenten investeren in mijn coördinerende taken en ons de opdracht geven dit in goede banen te leiden, zodat de 50+ laagdrempelig kan bewegen. De leden zelf betalen €10,- per maand en hiervan worden de docenten (grotendeels) betaald. Dit zijn allemaal ZZP’ers met een MBvO of gerelateerde opleiding.

Een tijdje geleden heb ik een profielschets gemaakt van het huidige kader. Momenteel is de gemiddelde leeftijd van de lesgevers 60+. Eén docent gaat er na dit jaar, na vele jaren mee stoppen. Zij is zelf 83 jaar en gaf nog twee yoga groepen les. Ik merk dat het steeds lastiger wordt om de uren in te vullen. Er zijn bijna geen nieuwe docenten en de huidige docenten zijn ook op meerdere plekken actief. Daarbij komen de tijdstippen waarop de lessen gegeven worden erg overeen waardoor het soms lastig is om docenten voor meer groepen in te zetten.

Naar mijn mening is het sociale component van de MBvO lessen één van de belangrijkste elementen. Elkaar wekelijks zien, contact hebben met anderen en elkaar helpen, zorgen voor een sterke binding met en binnen de groep. Sommige mensen zien elkaar al 20 jaar wekelijks dankzij de beweeglessen, dat is ook de reden dat we proberen de groepen nooit te verplaatsen naar een andere locatie of tijdstip. Het helpt mensen om langer te kunnen blijven participeren. Als mensen in een kwetsbare situatie terecht komen, hebben ze een vangnet van lotgenoten die ze kunnen helpen. Dankzij de lessen blijven mensen actief, ook als het fysiek wat minder goed met ze gaat. Het mooie aan de MBvO lessen is dat het voor iedereen toegankelijk is. Docenten hebben een belangrijke rol in dat mogelijk maken door voor ieder individu een gepaste les te kunnen aanbieden. Iedereen kan zo actief mee doen, ondanks de eventuele lichamelijke belemmeringen die ze ervaren.”

Het differentiëren in de les per individu vergt specifieke kennis

“Ik zie duidelijk verschil tussen de lessen van een gediplomeerde beweegleider en die van een Sportkunde- of ALO student. Dit geldt vooral op het gebied van differentiëren per individu en het stellen van doelen voor iedere deelnemer op zich en voor de groep als geheel. Sportstudenten kunnen zeker goede en leuke lessen verzorgen en zorgen voor een goede sfeer, maar inhoudelijk zijn er nog flinke stappen te maken. Dat leren ze echt bij de opleiding die zich specifiek richt op deze doelgroep. Voorheen volgden onze docenten de bijscholingen via Huis voor de Sport Limburg, maar helaas is dit komen te vervallen. We zijn nu nog op zoek naar een oplossing zodat onze docenten zich wel kunnen blijven bijscholen.

Ik zie het als een kans om op dit gebied meer integraal samen te werken met andere domeinen zoals maatschappelijk werk en de zorgsector. Als deze domeinen beter met elkaar samenwerken en inwoners naar elkaar door verwijzen, worden ze sneller op een passende manier geholpen. Er ontstaan meer oplossingsmogelijkheden voor mensen. Vanuit mijn ‘sportbril’ zie ik bijvoorbeeld niet dat iemand financiële uitdagingen heeft en dat zal andersom ook zo zijn. Door meer samen te werken kunnen we de achterliggende problemen op gaan lossen. Daardoor wordt de participatie en zelfredzaamheid van een inwoner beter. Hierin kan deelname aan MBvO een mogelijke oplossing zijn om te bewegen met minimale middelen of om eenzaamheid tegen te gaan.”

De ‘output’ van de lessen is vele malen groter bij senioren

“Het belangrijkste is nu dat er meer bevoegde en opgeleide lesgevers komen. We moeten het met z’n allen interessanter maken om beweegles te gaan geven aan deze doelgroep. Ik vind het zelf een interessante doelgroep omdat de ‘output’ van je lessen veel groter is dan bij andere doelgroepen. Je kunt mensen echt helpen lichamelijk fitter te blijven en eventueel meer zelfvertrouwen te geven. Daarnaast krijg je ontzettend veel waardering voor wat je doet. Senioren zien het niet als vanzelfsprekend dat je ze les komt geven. Ze zijn je daar echt dankbaar voor.

De maatschappelijke meerwaarde van bewegen voor senioren moet veel duidelijker worden. Ik werk met 55 collega’s voor mijn organisatie, waarvan er maar drie worden ingezet voor seniorensport. En dit terwijl er veel meer senioren zijn dan kinderen op dit moment, dat klopt niet. Tel daarbij ook nog eens de dubbele vergrijzing en het feit dat 50% van de volwassenen in ons land overgewicht heeft bij op. Over een tijdje is er ontzettend veel werk te verrichten om mensen in beweging te laten komen en houden. Daar moeten we nu al mee beginnen!”